Wereldwijd worden fabrikanten onder druk gezet om klanten toe te laten hun eigen producten te repareren. De Europese Commissie heeft plannen aangekondigd voor regels die burgers het recht geeft hun smartphones, tablets en laptops te repareren, eind vorig jaar steunde het Europees Parlement al een resolutie in die richting. In het Verenigd Koninkrijk zijn soortgelijke maatregelen al doorgevoerd, waardoor producenten verplicht worden reserve-onderdelen beschikbaar te maken voor elektrische apparaten. De Amerikaanse president Joe Biden tekent naar verwachting later deze week een decreet waarin de Federal Trade Commission(FTC) gevraagd wordt regelgeving op te stellen omtrent het repareren van landbouwmachines.
Volgens de perschef van het Witte Huis moeten boeren het recht krijgen hun materieel te repareren zoals zij dat zelf willen. Naar alle waarschijnlijkheid zullen deze regels ook doorwerken in consumentenapparatuur zoals telefoons en game-consoles. Trekkerfabrikant John Deere is een van de bedrijven die tegen deze ideeën is, volgens hen is het een veiligheidsrisico. Ook technologiegiganten zoals Apple, Amazon en Microsoft hebben deze plannen tegengewerkt, zij stellen grenzen aan wie hun producten mag repareren en zeggen dat onafhankelijke reparaties effect kunnen hebben op de veiligheid en betrouwbaarheid van hun devices.
De meeste van de 50 staten hebben dit jaar right-to-repair-wetsvoorstellen voorgesteld, maar tot nu toe is alleen in Massachusetts een hieraan gerelateerde wet doorgevoerd, al in 2013. Deze vereist automakers om diagnostische en herstel-informatie vrij te geven voor gebruikers en onafhankelijke reparateurs, voor elke auto gemaakt in 2015 of daarna. De meeste fabrikanten volgen nu in het hele land deze regels, ondanks dat dit in 49 staten niet verplicht is.
De focus van deze initiatieven verschilt per staat, waar onder andere Florida en South Carolina zich richten op de agriculturule sector, gaat het Californië vooral om medische apparaten. Sommige bedrijven zijn van mening dat het delen van informatie inbreuk maakt op hun intellectueel eigendom, maar de mededingingsautoriteit FTC heeft in een rapport deze zorgen weggenomen. De conclusie stelt dat deze rechten geen significante drempel zijn voor onafhankelijke reparaties. Anderen noemen veiligheid als probleem, volgens hen zouden klanten en herstellers verwond kunnen raken door het repareren of het gebruik van een onjuist gerepareerd product.
In de staat van New York is de Fair Repair Act ingediend en door de Senaat gekomen, nu moet deze nog door het equivalent van het Huis van Afgevaardigden op deelstaatniveau, de Assembly. Hier zal er na januari 2022 pas over gestemd worden. In Californië zijn meerdere wetsvoorstellen van soortgelijke strekking ingediend, maar aangezien veel techbedrijven in deze staat gehuisvest zijn is hier sprake van een flinke tegenstand, ook in de vorm van flinke donaties aan politici.
Kyle Wiens, oprichter van reparatiebedrijf iFixit, verwacht dat deze wetgeving nog een aantal jaren op zich zal laten wachten, hoewel de interventie van de FTC een belangrijke katalysator kan zijn. Volgens hem is het recht op reparatie door gebruikers een mensenrecht, waar herstelwerkzaamheden door verkopers vaak duur zijn en lang kunnen duren. Al deze regels gelden uiteindelijk uiteraard voor de VS, maar aangezien veel elektronicafabrikanten daar gebaseerd zijn is het goed mogelijk dat de informatie en onderdelen in de toekomst ook in Europa beschikbaar worden, nog voordat ook hier wetgeving wordt doorgevoerd die dat verplicht.
De R2R-beweging, waar bijvoorbeeld activist en Apple-reparateur Louis Rossmann en YouTubers zoals Linus en MKBHD hun steun voor hebben uitgesproken, gelooft dat het beter voor de economie en het klimaat is als de levensduur van elektronica verlengd kan worden door simpele reparaties zoals het vervangen van een defect scherm of versleten batterij, in plaats van direct een nieuw product te kopen. In de EU pleiten zij nu voor strengere regels rondom printers, die duurzamer en eenvoudiger te repareren moeten worden. Voor de meeste mensen die achter de beweging staan, komt het uiteindelijk neer op een punt: het feit dat voor een product betaald is en dat zij daarom ermee moeten kunnen doen wat zij zelf willen.
Bron: BBC
