Nvidia is in mei aangeklaagd door investeerders, omdat het een deel van de omzet niet in zijn kwartaalcijfers zou hebben gezet tijdens de videokaartenbubbel die ontstond door het delven van cryptocurrencies. Volgens de chipontwerper is de aanklacht ongegrond, en daarom zou het de federale rechter hebben gevraagd om de zaak te verwerpen.
Law360 rapporteert dat het bedrijf van mening is dat de aanklagers slechts de onderdelen van Nvidia's kwartaalverslagen hebben gebruikt die hun theorie ondersteunden, waardoor essentiële andere financiële bewijsstukken die het tegendeel beweren bewust zijn genegeerd. Op 30 juni heeft Nvidia daardoor het verzoek ingediend om de rechtszaak te verwerpen.
Nvidia's ceo Jen-Hsun Huang constateert dat zijn chief financial officer niet heeft gelogen door te constateren dat de verkoop aan cryptocurrency-delvers slechts een klein deel van de omzet was. Voor 2017 in zijn geheel, het jaar van het gros van het ontstaan van de bubbel, zou de omzet 6,9 miljard Amerikaanse dollar hebben bedraagd.
Nvidia zou geschat kunnen hebben hoe groot het deel van de verkoop voor deze doelgroep zou zijn geweest ten opzichte van de verkopen voor gamers. Toch is dit lastig, aangezien veel kaarten simpelweg zijn verkocht via Nvidia's retailpartners. Wel zijn de kaarten vaak in bulk gekocht door de crypto-fans en heeft Nvidia een kaart speciaal voor het ontginnen van crypto-valuta gemaakt genaamd P102-100. Dit zou kunnen helpen met het identificeren van het aantal kaarten dat niet in handen is beland van gamers.
De P102-100, zonder display-uitgangen en kleurrijke poespas. Hij is nog steeds (beperkt) te koop, hoewel je flink betaalt voor deze aangepaste GTX 1080 Ti.
Bronnen: Law360, The Daily Chain
