BenQ EX3501R ultra wide monitor review: niet alleen voor videoplezier

BenQ EX3501R

De Benq EX3501R is gebaseerd op een 35-inch va-paneel, met een buiging van 1800R en een resolutie van 3440x1440 pixels. Het is ongetwijfeld afkomstig uit de fabrieken van AUO, wat niet alleen uit de diagonaal is af te leiden (34-inch duidt op Samsung), maar ook uit het feit dat dit het moederbedrijf is van deze monitorfabrikant. De combinatie van diagonaal en resolutie zorgt voor een prettige pixeldichtheid van 107 ppi: geen 'hidpi', wel net wat scherper dan de meeste monitoren én nog goed afleesbaar zonder software-schaling. De gebruikte paneeltechnologie belooft een goed contrast, dankzij bovengemiddelde zwartweergave. De omlijsting is aan drie randen mooi dun, alleen de onderrand is wat breder. Zoals altijd begint het actieve deel van het scherm een paar millimeter vanaf de rand: geheel randloos is het dus niet.

De achterzijde zou net zo goed van een Dell kunnen zijn.

Benq heeft het paneel op een in hoogte verstelbare voet gezet, met een zeer beperkt verschil van 6 cm tussen hoog en laag. Het ontwerp is afgezien hiervan wat ons betreft best geslaagd, het sluit aan op wat we elders zien in gamingmonitorenland: spitse poten die schuin naar voren wijzen en een niet al te diepe footprint, zodat het toetsenbord lekker dichtbij het paneel kan worden gelegd. Waar Benq echter niet meegaat met concurrenten als AOC Agon of Acer is in de rest van de vormgeving: geen blinkende lampjes of woeste patronen hier. De achterzijde in stemmig zilver-zwart zou net zo goed van een Dell kunnen zijn.

DisplayPort 1.4, HDMI 2.0 én USB-C

De aansluitingen heeft de fabrikant netjes weggewerkt. Ze steken recht naar onderen, wat we meer waarderen dan recht naar achteren. Kabels kan je wegleiden door een opening in de voet. Opmerkelijk aan de aansluitingen is de aanwezigheid van usb-c. Die dient niet alleen als upstream poort voor de twee aanwezige usb 3.0 aansluitingen, maar ook kan deze een displayport-signaal transporteren en stroom leveren, zij het dat laatste slechts 10 watt. Daarmee kan je nog net een moderne smartphone opladen, maar een docking-alternatief is het duidelijk niet. Voor video zijn verder twee hdmi 2.0-ingangen aanwezig en een displayport 1.4-aansluiting. Met die selectie steekt de EX3501R in elk geval qua aansluitingen boven de concurrentie uit, want zeker laatstgenoemde interface hebben we nog maar weinig gezien op monitoren.

"HDR" en video enjoyment

De Benq EX3501R ondersteunt hdr, maar daar moet je je niet te veel van voorstellen - en dan brengen we het nog vriendelijk. Het scherm kan een hdr-signaal correct weergeven, maar daarmee is wel alles gezegd. 10-bits weergave wordt niet ondersteund, en de maximale helderheid op basis van onze metingen is iets meer dan 300 cd/m². Je hoeft dus niet bang te zijn dat hdr-materiaal lelijk wordt weergegeven, maar je moet ook niet rekenen op enige meerwaarde: het zal er niet beter uitzien dan op een doorsnee monitor. Er zit ook een hdr-converteerfunctie op, waarmee sdr-materiaal 'als hdr' wordt weergegeven. Duidelijk zal zijn dat dit geen positief effect zal hebben op de in het signaal aanwezige informatie, al ziet het er wel wat dramatischer uit. Méér detail krijg je er zeker niet mee.

Duiken we in de informatie van Benq, dan blijkt het 'video enjoyment' te duiden op de mogelijkheid videomateriaal weer te geven met de juiste framerate, ongeacht de bron. Het is op zich handig om 24p, 25p of 30p materiaal met de juiste verversingsfrequentie te zien (niet elke monitorscaler zal hier even goed mee omgaan), maar wederom, tenzij je geüpscalede Blu-rays gaat bekijken is er nou ook weer niet zoveel materiaal dat hieraan voldoet. Daarnaast zijn er nog wel meer en exotischer framerates die Benq dan weer niet claimt te ondersteunen. Kortom, een aardige extra maar geen reden om dit scherm te kopen - net zo min als de hdr.

Denkt met je mee

Benq heeft ook dit scherm voorzien van 'Brightness Intelligence Plus Technology', wat inhoudt dat de helderheid en kleurtemperatuur van het paneel automatisch kunnen worden aangepast aan het omgevingslicht, dit dankzij een hiervoor aanwezige sensor. De helderheid kan daarnaast worden aangepast aan de tijd die je achter het scherm hebt doorgebracht. Dit soort functies kan nuttig zijn, maar wanneer je met kleurkritische toepassingen aan de slag gaat, kan je ze maar beter uitschakelen. Verder heeft Benq uiteraard een 'low blue light' modus ingebouwd en wordt het paneel 'flicker-free' aangestuurd, beide zaken die tegenwoordig standaardvoorzieningen zijn.

Voor de gamers

Voor gamers is van belang dat het paneel een maximale verversingsfrequentie heeft van 100Hz, beduidend meer dan de 60 beelden per seconde die het doorsnee beeldscherm kan weergeven. Bovendien is Freesync aanwezig, maar wel met een ondergrens van 48Hz. Om de pakweg 5 miljoen pixels die het paneel kan weergeven in beweging te brengen is dus een stevige videokaart nodig - een GTX 1060 is wel het minimum, een GTX 1070 is aan te raden. In de stal van AMD zou je dan een Vega 56 moeten hebben, in het geval je er daadwerkelijk een weet te vinden.