10 Realtek 1073 mediaspelers vergelijkingstest

Inleiding

Noot: dit artikel verscheen oorspronkelijk in Hardware.Info Magazine #1/2010. Sindsdien zijn er weer nieuwe firmware updates verschenen; weliswaar beïnvloeden deze de functionaliteit en prestaties wel, maar veel verandert ook niet (hardware, aansluitingen, basismogelijkheden). Ter aanvulling zijn, waar van toepassing, links naar nieuwe firmwares opgenomen en kort recente aanpassingen opgesomd.

Toen medio 2009 de eerste spelers met de nieuwe chip van Realtek verschenen, was het enthousiasme groot: alle functionaliteit van de bekende topmodellen met een Sigma chip, maar voor een veel lagere prijs. Kort daarna bleken deze spelers toch heel wat tekortkomingen te hebben. Nu zijn we geruime tijd verder, een goed moment om de balans op te maken.

Het grote verschil met het moment van introductie is natuurlijk dat de fabrikanten inmiddels meerdere maanden hebben gehad om middels firmware updates de functionaliteit van de spelers te verbeteren, dan wel op het oorspronkelijk beloofde niveau te brengen. Zoals bekend zijn deze upgrades door middel van firmware cruciaal voor mediaspelers. Was dat voorheen zo vanwege de toevoeging van ondersteuning voor extra bestandstypes, inmiddels gaat het vooral om een technisch correcte werking en verbeteringen aan de gebruikersinterface.

Audio perikelen

Alle hier besproken spelers voldoen aan de basiseis van een HD mediaspeler, namelijk 1080p weergave van met H.264 of VC-1 gecodeerde videobestanden. Daarmee houdt het wensenlijstje echter niet op. Eén van de belangrijkste zaken is de mogelijkheid zowel Dolby Digital als DTS geluidssporen te kunnen decoderen of in ieder geval naar een 2.0 signaal te kunnen downmixen en als PCM naar een televisie te kunnen sturen. Niet iedereen heeft immers een aparte A/V-receiver met ingebouwde decoders. Wie juist wel zo’n receiver heeft, wil deze voorzien van een volwaardige Dolby TrueHD of DTS-HD Master Audio bitstream: de HD audio formaten van Blu-ray. Om maar direct één teleurstelling te voorkomen: die functie ondersteunen de hier besproken modellen amper of niet. Een aantal merken schermt wel met 'HD audio ondersteuning' op het lijstje specs, maar dit betreft zonder uitzondering een doorgifte van de 'core stream' - en dat is bepaald niet hetzelfde.

Naast de juiste manier om geluid aan te leveren, moet ook het beeld in orde zijn. Dat betekent vooral, dat 1080p 24p films ook daadwerkelijk met 24 beelden per seconde worden afgespeeld, gelijk aan de oorspronkelijke frame rate van de bioscoopfilm. De eerste generatie Realtek spelers had daar flink moeite mee, en speelde veelal met zo’n 37 beelden per seconde af. Het prettigst is als de speler zelf de frame rate detecteert en het uitgestuurde signaal aanpast, maar in de praktijk moet je meestal in de instellingen aangeven dat met 24p wordt afgespeeld – alleen geldt dat dan vaak voor álle videobestanden. Dat is niet zo handig, want PAL opnames hebben 25 beelden per seconde en NTSC heeft 29,97 beelden per seconde. Een knop op de afstandsbediening om direct in het instellingenmenu terecht te komen zodat deze optie snel kan worden aan- en uitgezet is dan van belang.

Waar 24p weergave bij de hier besproken spelers meestal wel in orde is, geldt dat er verder nog het een en ander te verbeteren valt aan de beeldkwaliteit. Zo falen alle spelers falen op het onderdeel ruisonderdrukking van de HQV videokwaliteit test. Sommige modellen hebben een optie 'noise reduction' in het menu, maar het effect in onze HQV tests is miniem, om het vriendelijk te zeggen. Ook frame rate conversie (bijvoorbeeld 3:2 pulldown voor films) beheersen ze niet – opvallend, want de voorgangers 1262 en 1282 van Realtek kenden dit trucje wel. Qua deinterlacing doen de spelers het redelijk, wat prettig is voor wie DVD kopieën bekijkt – er is echter ook op dit vlak nog voldoende ruimte voor verbetering.

Maar goed, het zou onrealistisch zijn om in elk opzicht perfectie te eisen van deze spelers, want we hebben het over apparaten die al voor minder dan 80 euro in de winkel liggen. De duurste modellen kosten amper 150 euro. Vergeleken met de prijzen van HD mediaspelers een jaar geleden is dat ronduit goedkoop. Een belangrijk voordeel ten opzichte van die oudere generatie is een aanzienlijk sneller reagerend menu (de uitzonderingen daargelaten) en een grotere bestandscompatibiliteit.

De Apacer AL460 (bovenste menuafbeelding) heeft net als de RaidSonic IcyBox MP305A een interface, vergelijkbaar met de Crossbar van de Sony Playstation 3. Alle andere spelers hebben de ‘klassieke’ Realtek menuindeling, zij het elk met een andere draai eraan. Onder afgebeeld het menu van de Eminent EM7080.